De TAAL van.......
Waar zitten de verschillen en overeenkomsten in de Taal van Beeldende lessen en de Taal van andere kunstvormlessen?
En waar en hoe past MIJN TAAL?
Wat is mijn taal en in welke les-vorm kan ik deze het best vertalen?
Het komende half jaar wil ik in mijn stage en minor verder concretiseren wat voor kunstles ik geef. Ik wil dat doen door de Why How What toe te passen:
Why:Wat wil ik leerlingen meegeven?
How:Welke werkvorm past hier bij? (zodat ze kunnen onderzoeken)
What: Wat hebben ze nodig om dit te kunnen doen? (vakinhoudelijke? vaardigheden)
Retour
Startpagina
STAGE
THEORIE versus PRAKTIJK
WAT en hoe leer je van iemand die qua stijl van doceren en inhoud van lessen een hele andere benadering heeft dan jij?
HOE ga je om met een situatie waarin jouw ontwikkeling functioneel niet goed begeleidt wordt?
Na 2 weken stage liep ik hier tegenaan.
Ik merkte dat ik niet voldoende mijn eigen ontwikkeling vorm kon geven en dat mijn begeleider mij niet de ruimte en inhoudelijke begeleiding kon bieden die ik nodig heb. Een andere vakdocent nodigde mij vervolgens uit om ook bij haar mijn stage te doen. Dat was het startpunt om voor mezelf te kiezen en in te zetten op een wisseling. Nu doe ik mijn stage bij 2 andere docenten die me wel (kunnen) bieden wat ik nodig heb om mezelf veilig, vol vertrouwen en met voldoende autonomie te kunnen ontwikkelen.
INTERVISIE
Dit (succes) verhaal hebben we als case behandeld in onze intervisie. Dit gaf me extra inzicht in mijn eigen handelen en krachten.
* Netwerk(en): Verzamelen en inzetten (Omgevingsgericht en interpersoonlijk)
* DE en escaleren: Toon, inhoud en personen in communicatie (Interpersoonlijk en reflectief)
* Leeromgeving: bewust van, inzetten en aanpassen aan en voor de ander (Ped | Did, omgevingsgericht)
Theorie en Praktijk verbinden
In theorie hebben alle docenten hetzelfde doel: een zo groot mogelijke leeropbrengst voor de leerlingen. De wil is zeker ook te vinden bij veel groep en vakdocenten om hier samen
In de praktijk heeft iedereen zijn eigen plan en taken en worden alle docenten op de eigen KPI's "afgerekend". Er is een theoretisch gezamenlijk doel dat gestaafd wordt door uitspraken die niet stroken met het beleid In de praktijk hangt de synergie die behaald kan worden hierdoor af van de beschikbare tijd en goede wil en energie van de docenten.
Benodigd:
Voor een goede synergie en samenwerking is naast een gemeenschappelijk doel ook een gemeenschappelijke Taal nodig. Elkaar Willen begrijpen is stap 1 elkaar Kunnen begrijpen stap 2. Vervolgens samen in kleine stapjes Doen en ervaren. De Vakdocent speelt hierin een leidende rol waarin hij de groepsdocent meeneemt op een gezamenlijke reis.
ZOMERSCHOOL
Mijn eerste echte kennismaking met mijn stageomgeving was tijdens de Zomerschool. Dit zijn de eerste 2 weken van de zomervakantie waar kinderen op vrijwillige basis werken aan TAAL door middel van KUNST.
Het doel voor de school en de docenten was om ervaring op te doen v.w.b.: samenwerken, procesgerichte didaktiek, het creatieve proces en synergie 1+1=3. Synergie gericht op VAKOVERSTIJGEND samenwerken tussen VAKDOCENT en GROEPSDOCENT, INTERN en EXTERNE KENNIS.
Ik voelde me zeer welkom, veilig, heb mijn NETWERK & KENNIS uitgebreid. Er waren docenten vanuit verschillende disciplines (VAKOVERSTIJGEND) waarvan ik o.a. werkvormen aan mn repertoire toe heb kunnen voegen. Het meest waardevol van deze manier van werken was het ervaren van het werken aan het spreken van eenzelfde TAAL tussen de vak en groepsdocenten. Samen werken om elkaar beter te verstaan ;-)
UNIEKE KLEURCODES
Dit is een les die ik heb gemaakt om de actualiteit: diversiteit en inclusie op een veilige manier te behandelen. Samen kijken, praten en ontdekken over kleur. Koppelen aan kunst en dingen die relevant zijn voor de leerlingen.
Niet sec feiten of standaard vaardigheden uitleggen en hopen dat ze die onthouden. Maar zelf en samen laten ervaren, onderzoeken en ontdekken. Hoe ben ik en hoe ben ik ten opzichte van de ander.
INSPIRATIE
Maatschappij
&
Educatie
LEREN
DOOR
MAKEN
Onderzoek
&
TAAL
VAKOVERSTIJGEND
ONDER-WIJS & VISIE
VERBINDEN
WAT IS BEELDEND?
Ik heb gemerkt dat de ideeën en meningen over wat beeldend nu is, of niet is vaak uiteenlopen.
Wat betekent beeldend voor mij?
Een greep uit de definities en betekenissen uit een Googlerondje:
1:Zó dat je het kan ZIEN OF AANRAKEN
2:Aanschouwelijk, bloemrijk, concreet voorstelbaar, een levendige voorstelling oproepend, evocatief, expressief,
BEELDENDE VORMING:
1:een schoolvak
2: een discipline van de kunstzinnige vorming die gebruik maakt van middelen aan de beeldende kunst ontleend.
BEELDENDE KUNST, wikipedia:
De vorm van kunst waarbij de afbeelding, of HET VISUELE, VOOROP STAAT. De afbeelding wordt gerealiseerd, of uitgebeeld, in de vorm van een kunstobject. Een kunstobject kan een platte vorm aannemen, bijvoorbeeld een schilderij, of een ruimtelijke vorm, bijvoorbeeld een beeldhouwwerk. In Engelssprekende landen spreekt men van 'the visual arts'. Beeldende kunst wordt, met een gallicisme, ook wel plastische kunst genoemd. Plastisch betekent tastbaar, materieel; deze materialiteit staat in tegenstelling tot de abstractie van de podiumkunsten: dans, toneel en muziek, die zich in de tijd afspelen. Beide soorten kunst geven de toeschouwer een esthetische beleving, in de vorm van een uitzonderlijke, ZINTUIGLIJKE ERVARING.
Kortom: GEEN EENDUIDIG ANTWOORD op deze vraag!
MIJN INTERPRETATIE: Vakoverstijgend of transdisciplinair? Misschien.
Beeldend betekent voor mij denk vooral NIET VAKSPECIFIEK.
Identiteit is wat er inhoudelijk eigenlijk altijd in mijn lessen zit. De lesvorm en het materiaal pas ik aan, aan het onderwerp. Je zou kunnen zeggen dat beeldend voor mij ook thematisch is. Vanuit een thema het lesaanbod opbouwen. Wil je een zo groot mogelijke leeropbrengst voor de leerlingen dan komt vakoverstijgend zeker om de hoek kijken. Ik geloof dat als leerlingen op meerdere momenten vanuit meerdere perspectieven met een thema in aanraking komen de verbindingen sterker en dus de leeropbrengst groter zijn. ZELF ERVAREN is een andere peiler die voor mij met beeldend verbonden is.
Ik merk dat de verscheidenheid aan ideeën en mogelijke vormen verdeeldheid geeft. Onder de vakdocenten zelf is dit sterk aanwezig merk ik in gesprekken. Met name lijkt er een soort angst te leven dat "het vak" ondergesneeuwd raakt en zijn waarde verliest als het samen vakoverstijgend aangevlogen wordt. Mijn doel is niet om vakoverstijgend te werken maar om de leeropbrengst te vergroten. Zoals Wolf Brinkman zegt;"overal zit taal en rekenen in". Als dit of een ander element toegevoegd wordt, is de les niet ineens een rekenles. Het blijft een kunstles. Andersom kan dit dan natuurlijk ook gelden.
Ik vraag me ook af waarvoor of voor wie de lessen allemaal aparte labels moeten hebben? Ik geloof niet dat dit voor de leerlingen is. Is het voor de eigenwaarde\bestaanrecht die we hier zelf aan koppelen? Is het omdat zonder die labels we geen systeem meer hebben?
Mu vroeg ons letterlijk de vraag: Moet techniek een apart vak zijn? Waar hoort het bij als het overal in zit?
Wordt het dan niet eens tijd om het hele (VAKKEN) systeem los te laten?
Wat zou het opleveren als we GEEN VAKJES meer hebben? Voor de kinderen en groepsdocenten wordt het iig al een stuk overzichtelijker als: Kunstles ipv, je hebt nu muziekles, theaterles, techniekles, beeldende les enz.
Diversiteit - inclusiviteit:
Het zijn populaire woorden waarin voor mij theorie en praktijk de weg kwijt zijn of nog niet gevonden hebben. Ik merk dat ik me begin te irriteren aan de termen en het meer om de vorm dat de inhoud gaat.
Voor mij gaat dit over het individu versus de groep (bubbles) waar hij "bijhoort".
Wat ik in mijn lessen probeer is om dicht bij mezelf te blijven. Ik ben die witte Nederlandse hoogopgeleide hetero vrouw die zich daar bewust van is en er geen twijfels over heeft. Hoe kan ik mezelf en mijn verhaal verbinden met die van mijn leerlingen? Hoe kan ik hen laten ervaren dat het niet OF OF is maar EN!
Gabberles
In mijn gabberles ging het om Buitenbeentjes. Hoe ervaren de leerlingen wat buitenbeetjes zijn? Zij voelen zich als Nederlander buitenbeentjes. Ik zou graag zien dat ze inzicht krijgen in hoe je als dezelfde persoon de ene keer een buitenbeentje bent en de andere keer niet terwijl je dezelfde persoon bent.
Gehuld in een Hollands en Haags sausje en wat persoonlijke nostalgie ;-)
Reflectie n.a.v. stage observatie
Contact | Consequent | Complex | Content & Competent
Deze vier woorden beschrijven denk goed hoe ik op dit moment in mijn onderwijs sta.
Contact met de leerlingen.
Contact als in verbinding staan met de leerling. Als individu en als onderdeel van de groep. Ik heb veel oog voor het individu wat een mooie kracht is. Tijdens de les de balans vinden tussen mijn aandacht verdelen tussen het individu en de groep is iets waar ik verdiepingsstappen in kan gaan zetten
Contact met de lesinhoud.
Ik steek heel veel tijd in het ontwikkelen van mijn lessen. Door mijn switch van de Beeldende les naar de Theater les heb ik opnieuw lessen leren vormgeven. De setting is heel anders: geen tafels en duidelijk overzicht wie waar zit maar een groot en open lokaal waar de leerlingen fysiek bewegen. Ik hecht veel waarde aan een persoonlijke lesinhoud. Zowel voor mij als voor de leerlingen. Ik ben een verbinder en zie overal verbanden die ik in mijn les mee wil nemen. Hierdoor kunnen mijn lessen best complex zijn. Ook dit jaar blijft kiezen en kleiner maken het devies ;-)
Ik snap inmiddels door ervaringen hoe lessen werken en wat een goede les (opbouw) is. Dit helpt me om steeds betere en scherpere keuzes te maken wat mijn lessen en daardoor de leerlingen ten goede komt.
Complex.
In de groepen 6 die ik lesgeef zijn best wat leerlingen met een specifieke gebruiksaanwijzing. De sfeer onderling is niet altijd veilig, er zit veel verschil in cognitieniveau en er is bijna bij iedereen een aardige taalachterstand. De directe wereld waar de leerlingen in groeien, hun ‘normaal’ is niet mijn ‘normaal’. Dit maakt het lessen maken en geven best complex. Wat voor mij zeker niet wil zeggen dat complexe lessen niet passen bij deze groepen. Leerlingen onderschatten is iets waar ik niet aan doe.
Consequent.
Ik ben consequent en dit betekent ook consequenties verbinden aan wat ik zeg en de leerlingen doen. Dit doe ik op een manier waarbij dat niet ten koste gaat van de relatie. Consequent op tijd de juiste bewoordingen kunnen vinden en direct inzetten komt met de toename van vlieguren. Ik ben me nu iig al bewust van de woorden die ik gebruik en de consequenties in het gedrag en handelen van de leerlingen daarin meebrengt.
Content en competent.
Ik ben op dit moment heel content met de stage, omgeving, mijn zeer competente begeleiding, ruimte, (content)vrijheid die ik ervaar.
Van "weirdo" tot daar moet je bijzijn in een paar minuten
Gabber: DE Hollandse buitenbeentjes subcultuur.
De basis voor onze individuele groepsdans
Samen knallen en Hakkûh met onze eigen versie.
Link naar stuk van LKCA (klik hier)
Onderstaande zin sluit aan bij mij idee van vakoverstijgend werken.
Wanneer het duo leraar en kunstenaar samen, ieder vanuit de eigen expertise, de inhoud vormgaven was er sprake van sterk kunst-geïntegreerd lesgeven. Bij sterke integratie blijft de integriteit van alle vakinhouden behouden.
Ik geloof erin dat als leerlingen op meerdere momenten vanuit meerdere perspectieven met een onderwerp in aanraking komen ze dan sterkere verbindingen maken. Helemaal als ze ook nog autonomie ervaren om hun eigen draai/insteek mogen en kunnen onderzoeken. Resultaat een grotere leeropbrengst op korte EN lange termijn.